Het gebied dat nu São Brás de Alportel is wordt al sinds prehistorische tijden bewoond. De Moorse dichter Ibne Ammar werd hier geboren, ergens in de 12e eeuw. Vanaf de 17e eeuw was het de favoriete zomerbestemming van de Algarviaanse bisschoppen.

Kleine lage witte huisjes afgewisseld met imposantere huizen, vaak een of twee verdiepingen hoger. Aan de voorgevel stuk voor stuk voorzien van een balkonnetje met zo’n typisch gietijzeren hekwerk. De grote huizen werden gebouwd in de tijd dat de grootgrondbezitters een fortuin konden verdienen met de opkomende kurkhandel. Verschil moest er wezen, en je ziet het nu nog duidelijk in het straatbeeld.

De belangrijkste kerk ‘Igreja Matriz de São Brás de Alportel’ staat op fundamenten die dateren uit de 15e eeuw. Na de grote aardbeving van 1755 is ze helemaal opnieuw opgebouwd. Binnen vallen de grote schilderijen op, en de beelden van São Miguel, São Libório en Santa Eufémia. Vanaf de tuinen heb je een mooi uitzicht over de omliggende landen en de zee. In het ‘Museu do Trajo’, het etnologisch museum gehuisvest in een prachtig 19e-eeuws gebouw, worden regelmatig tentoonstellingen gehouden.